<74> en <66> dat <48> die <45> we <45> 'n <40> 't <36> dus <35> daar <32> dan <32> je <30> de <30> was <26> op <25> van <24> ook <23> maar <23> met <23> naar <22> ik <22> nou <21> in <18> heel <17> wat <17> nog <17> ja <16> is <15> hebben <13> ze <13> niet <13> wel <13> toe <13> weer <12> want <12> aan <11> allemaal <11> zijn <11> eiland <11> toen <11> kloof <11> kreta <10> eigenlijk <10> goed <10> leuk <9> te <9> echt <9> wij <9> zo <8> mooi <8> mensen <8> d'r <8> september <8> waren <7> zaten <7> soort <7> vakantie <6> auto <6> zo'n <6> ben <6> gaan <6> om <6> m'n <6> of <5> gingen <5> gegaan <5> inderdaad <5> moet <5> bus <5> dingen <5> kon <5> af <5> dag <5> waar <5> beetje <5> kilometer <5> erg <5> al <4> 'r <4> geweest <4> toch <4> voor <4> einde <4> werden <4> boot <4> bij <4> dachten <4> zoiets <4> had <4> dit <4> hadden <4> nee <4> natuurlijk <4> als <4> er <4> bent <4> konden <4> doen <4> ontzettend <4> klein <4> hele <4> plaatsje <4> wilden <4> uit <3> iets <3> meteen <3> langs <3> alle <3> moment <3> ezeltje <3> strand <3> stonden <3> gegeven <3> helemaal <3> kaartje <3> kwamen <3> lopen <3> regenen <3> verder <3> kleine <3> staan <3> alleen <3> hersonisos <3> onweren <3> drie <3> leprozen <3> door <3> zwemmen <3> wordt <3> warm <3> geloof <3> dertien <3> terug <3> best <3> andere <3> lepra-eiland <3> turken <3> hier <2> behoorlijk <2> volgende <2> niks <2> gedumpt <2> heen <2> misschien <2> paar <2> enorm <2> toeristen <2> autootje <2> veel <2> loopt <2> weg <2> ligt <2> toerist <2> spinalonga <2> stenen <2> vanaf <2> beneden <2> moest <2> vliegveld <2> groot <2> appartementje <2> zij <2> weken <2> uur <2> kerkje <2> zag <2> laten <2> twee <2> anders <2> huisjes <2> geval <2> jaar <2> gebracht <2> komt <2> gaat <2> hoe <2> dagen <2> zee <2> gezien <2> graven <2> meer <2> westkust <2> gebeuren <2> vliegtuig <2> ergens <2> krijgen <2> vond <2> zomer <2> dacht <2> ga <2> juli <2> lepra <2> wil <2> heb <2> olijven <2> kwam <2> zes <2> vrij <2> lekker <2> kapot <2> gelegen <2> grieken <2> over <2> schitterend <2> nu <2> mijn <2> gekomen <2> probleem <2> samen <2> onderneming <2> ziet <2> augustus <2> vriend <2> zie <2> begon <2> onderweg <2> zien <2> kust <2> eindelijk <2> viel <1> daarna <1> spontane <1> gebouwtje <1> kerk <1> blond <1> bijkomen <1> wanneer <1> ongelukkig <1> vertellen <1> huizen <1> houten <1> overbevolkt <1> mee <1> medicijnen <1> vandaan <1> kruisje <1> samaria <1> gemaakt <1> gereden <1> oud-griekse <1> geen <1> elke <1> 's-morgens <1> dagen op <1> brandden <1> water <1> moois <1> benen <1> dorpje <1> overleden <1> precies <1> sloegen <1> tien <1> ver <1> venetianen <1> elkaar <1> aankwamen <1> wilde <1> zoveel <1> druk <1> uitkering <1> later <1> altijd <1> zaten in <1> loop <1> gezeten <1> achter <1> gedaan <1> continu <1> kaarsje <1> besmettelijk <1> een <1> bijna <1> vindt <1> zeg <1> enorme <1> eerste <1> man <1> kregen <1> ieder <1> dingetje <1> iemand <1> kunnen <1> betekent <1> plaat <1> gehuurd <1> zodat <1> rustiger <1> zuiden <1> liggen <1> belangrijk <1> dingetjes <1> lijken <1> mooie <1> der <1> heette <1> wereld <1> zitten <1> olijfbomen <1> heet <1> bruin <1> gevoel <1> diep <1> nederland <1> gevallen <1> griekenland <1> vijf <1> plaats <1> koffers <1> liep <1> knossos <1> baai <1> noorden <1> midden <1> irrigatiedingen <1> kan <1> ongeveer <1> heelhuids <1> eilandje <1> jezus <1> cinquecento <1> zeven-vier-zeven <1> vredig <1> huren <1> binnengingen <1> eenmaal <1> stijl <1> stuk <1> gebleven <1> was op <1> vanzelf <1> komen <1> beangstigend <1> onderhouden <1> gebeurt <1> even <1> kinderen <1> afgeven <1> regen <1> voeten <1> overigens <1> vast <1> attractie <1> lang <1> hebt op <1> denk <1> nadenken <1> middag <1> slingerpaadjes <1> vermaakt <1> kun <1> na <1> zagen <1> gezwommen <1> stil <1> jij <1> zeker <1> gevochten <1> weten <1> keer <1> stopten <1> ingaat <1> vriendje <1> zon <1> iedereen <1> vasteland <1> touw <1> viel op <1> gewoon <1> vaak <1> meeste <1> oud <1> oppassen <1> armen <1> gelukkig <1> boeing <1> trouwen <1> ander <1> vier <1> oh <1> sjouwen <1> strandje <1> beregend <1> weigerde <1> eten <1> waarbij <1> mij <1> geschilderde <1> losse <1> lagen <1> stond <1> orthodoxs <1> vertellen over <1> drinken <1> week <1> opgehouden <1> opgelost <1> ie <1> bomen <1> afgelopen <1> krijg <1> mekaar <1> straatjes <1> 'k <1> weilandje <1> wandeling <1> pistachenoten <1> toeristische <1> expres <1> tijdje <1> hoefden <1> half <1> hij <1> manier <1> her <1> regelen <1> eerst <1> verwacht <1> vijftienhonderd <1> kom <1> ezeltjes <1> slepen <1> per <1> excursie <1> maria <1> kronkelweggetje <1> afgegeven <1> zich <1> groeien <1> nooit <1> zat <1> uitproberen <1> gelopen <1> ons <1> verbrand <1> alles <1> bewust <1> ondertussen <1> droog <1> bootverbinding <1> weet <1> via <1> gaan op <1> boottocht <1> knieen <1> enige <1> geworden <1> meestal <1> hotel <1> uitkijken <1> omgeving <1> druiven <1> kreeg <1> graag <1> ging <1> korte